12 februari 201201:23
Door Joep Meijsen
Ook de derde All Star Game in Eindhoven werd gewonnen door de imports. Deze keer was er echter extra tijd nodig. De All Stars knokten vanuit een 6-2 en een 8-5 achterstand terug en Paul Vincent scoorde kort na de hervatting de winnende goal.
Na zestig minuten spelen was de stand 8-8 en de speaker was al bezig om het publiek een plezierige thuisreis te wensen. Dat was echter niet naar de zin van de spelers. Paul Vincent schaatste direct naar de referee en niet veel later volgde de oproep dat er vijf minuten overtime zou worden gespeeld. Jurryd Smid had de wedstrijd in het voordeel van Nederland kunnen beslissen, maar in de tegenaanval bediende Niko Suoraniemi zijn Eindhovense teamgenoot Paul Vincent voor de winnende goal.
Het vormde een bekroning voor een met ruim 1600 toeschouwers heel behoorlijk bezochte All Star Game, die steeds meer het karakter krijgt van een gezellig feestje voor ijshockeyminded Nederland met heel veel bekende gezichten op de tribune. Nieuw was de skill challenge, waarbij vooral de drie sublieme penaltyshots van Kevin Bruijsten het publiek op de banken kreeg. De aanvaller van Eindhoven klopte in de finale van de penalty shootout Diederick Hagemeijer. Favoriet Paul Vincent scoorde een geniaal eerste penaltyshot, maar stuikelde in de tweede ronde.
Eerder werd Marcus Pryde van Heerenveen gekroond tot snelste schaatser, hij klopte in de finale Marcel Kars. Waar vrijwel iedereen ervan uitging dat John Gordon het hardste schot zou hebben, ging de finale bij dit onderdeel tussen Akim Ramoul van Geleen en Barry Horman van Herentals. Ramoul won met de kleinst mogelijke marge. Zijn ultieme schot klokte 154 kilometer per uur, terwijl Horman bleef steken op 153 kilometer per uur.
Van de bondscoach hoeft het allemaal niet. ‘De skills waren wel leuk, maar ik vind dit soort All Star Games maar niks. Het is geen serieus ijshockey. Ik had met mijn ploeg liever een echte wedstrijd gespeeld. Daar hebben we veel meer aan dan aan een wedstrijd waarin spelers elkaar amper aanraken. In dit soort wedstrijden leer ik niets over mijn ploeg', aldus Larry Suarez na afloop.
Het was wel het eerste optreden van Suarez als bondscoach van Oranje in eigen land. Hij liet zijn drie goalies, Ian Meierdres, Martijn Oosterwijk en Fabian Schotel ieder een periode optreden. Het is maar zeer de vraag of Phil Groeneveld nog een keer zal overkomen uit Canada voor het WK, waardoor dit ook waarschijnlijk het trio zal zijn dat in Polen het doel van Oranje moet verdedigen.
Bij Oranje was het vooral de Haagse lijn van Jan-Jaap Natte, Tony Demelinne en Marco Postma die goed draaide, met vier van de acht Oranje-goals. Natte was met drie treffers de topscorer bij Oranje. De in één lijn spelende Levi Houkes, Kevin Bruijsten en Raphael Joly namen ieder een goal voor hun rekening. De achtste Oranje-treffer kwam op naam van Marcel Kars, die samen met Diederick Hagemeijer en Ivy van den Heuvel speelde.
Bij de All Stars scoorden David Burgess van Geleen en Marcus Pryde van Heerenveen ieder twee keer. De andere goals kwamen op naam van Mario Mjelleli, Tyler Melancon, Pippo Limnell, Barry Horman en tenslotte dus Paul Vincent. De coaching van de All Stars was in handen van het Amsterdamse duo Ron Berteling en Alexander Schaafsma, die dus hun tweede overwinning van het seizoen konden vieren.
Voor ijshockey op het scherpst van de snede hoeft niemand naar de All Star Game te komen. Als ijshockeyviering begint het echter een duidelijke plek te verwerven op de Nederlandse ijshockeykalender. De spelers hadden onderling veel lol, het publiek leek zich wel te vermaken en daarmee was het vooral een plezierige onderbreking van het seizoen.