Analyse: strijd rond de NIJB

De zomer van 2006 was een bijzonder rumoerige voor het Nederlandse ijshockey. En dat zegt wel wat, want doorgewinterde fans van de sport zijn wel wat gewend. Rond Den Haag heerste geruime tijd onzekerheid, maar de crisis rond Heerenveen leek lange tijd het belangrijkste probleem. Met een compromis werd de Friese eredivisionist binnenboord gehouden. Jan de Greef toonde zich toen tegenover IJshockey.com tevreden over het bereikte resultaat.

De beleidsnotitie die uit het compromis tevoorschijn kwam, beviel hem echter minder goed. Het was de druppel die de emmer deed overlopen voor de kleurrijke voorzitter. Vandaag zegt hij hierover in Brabants Dagblad. ‘Dat kon ik niet laten gebeuren, want ik ben van mening dat de uitvoering van die notitie de doodsteek voor het Nederlandse ijshockey is’, licht hij in de krant zijn besluit om op te stappen toe.

Voornaamste breekpunt zijn de plannen voor de oprichting van een speciale organisatie die de organisatie van het topijshockey in Nederland op zich moet nemen. Deze zou taken als het speelschema, gezamenlijke marketing, televisiedeals en regelgeving voor zijn rekening moeten nemen. Zoals de DEL dat in Duitsland doet, zoals de Elite League dat in het Verenigd Koninkrijk doet en zoals de Eredivisie NV dat deels in het Nederlandse voetbal doet. De nieuwe ijshockeyorganisatie zou dan op zijn beurt het bondsbureau voor bepaalde diensten gaan inhuren.

Jan de Greef vindt het geen goed idee. Hij ziet maar één weg om het ijshockey in Nederland te redden. ‘Door de handen ineen te slaan. Nou krijgen curling en bobslee weer extra subsidie van NOC*NSF, omdat de weg naar de wereldtop daar relatief kort is. En de geldkraan richting het ijshockey gaat juist dicht. We moeten het dus zelf doen, met onze kleine ijshockeyfamilie. Dan heb je niets aan twee organisaties die naast elkaar opereren.

Heerenveen en Nijmegen krijgen de Zwarte Piet toebedeeld, zij zouden het bondsbeleid tegenwerken. Tilburg Trappers krijgt juist de complimenten. ‘Trappers is één van de toonbeelden van loyaliteit en degelijkheid. Ze hebben daar de zaken relatief goed voor elkaar en wijzen niet meteen naar een ander als ze in de problemen komen’, zegt De Greef in de krant.

Daarmee stelt De Greef impliciet dat er ook tussen de clubs onderling geen overeenstemming is over de te volgen koers. Dat betekent dat met het opstappen van De Greef de machtstrijd binnen het Nederlandse ijshockey nog altijd niet voorbij is. Vanavond (dinsdag) ontmoeten de clubs elkaar weer voor overleg. De televisiedeal met SBS 6 is een belangrijk agendapunt. Dit kan in potentie een zeer lucratieve deal zijn voor de verschillende clubs, maar zekerheid over overeenstemming is er nog niet.

Voorlopig neemt oud-Flyers-voorzitter Gerd Lindemann de taken van Jan de Greef waar en worden voorzichtig de eerste speuracties naar een opvolger van De Greef in gang gezet. Als de Challenge Cup eenmaal is begonnen, wordt er waarschijnlijk binnen enkele weken een Algemene Leden Vergadering uitgeschreven. De benoeming van het nieuwe bondsbestuur zal voor een belangrijk deel bepalen hoe de toekomst van het Nederlandse ijshockey er organisatorisch uit komt te zien.