8 maart 200700:00

Door [email protected]

De kunst van de deflectie

Het is een kunst die niet iedere speler beheerst: de deflectie. En je moet het maar durven. Een goalie screenen en dan hopen dat je een lichaamsdeel of stick tegen een stuk rubber krijgt dat met enorme snelheden op je af komt. NHL.com sprak deze week met een aantal spelers uit de Noord-Amerikaanse liga over deze uitstervende kunst.

'Spelers die vlak voor de goal spelen vind ik fantastisch', zegt goalie Martin Brodeur op NHL.com. 'Vroeger had je meer spelers die het beheersten. Dino Ciccarelli was waarschijnlijk het beste. Hij kreeg zijn stick tegen werkelijk alles aan.'

Op dit moment zijn er maar weinig spelers die de deflectie in hun repertoire hebben. Ryan Smyth (NY Islanders) is waarschijnlijk de bekendste en meest actieve tipper, maar ook Mark Parrish (Minnesota) en Tomas Holmstrom (Detroit) staan hun mannetje.

Parrish heeft het kunstje geleerd van Ciccarelli in zijn rookiejaar (1998-99) bij de Florida Panthers. De jonge speler was al van jongs af aan gecharmeerd van de veteraan en pakte met beide handen de kans om met de meester vele uren te oefenen.

Er is meer dan alleen lef nodig om zo dicht op het doel te kunnen spelen. Om pucks die met ruim 150km per uur op het doel af komen te kunnen tippen is enorm goede hand-oog coördinatie nodig. En dan hebben zijn er ook altijd nog de verdedigers die de aanvaller ondertussen het leven zuur maken.

'Iedere speler in de NHL heeft iets wat hij goed kan', zegt Ryan Smyth. 'Sidney Crosby is sterk aan de puck en heeft een goed schot. Joe Sakic is een ware scherpschutter. Ik ben sterk vlak voor het doel. En als je naar de playoffs kijkt zul je zien dat heel veel goals van vlak voor het doel worden gescoord. Dat is 'the old game'. Zo heb ik het geleerd en zo speel ik het nog steeds. En na afloop van elke training oefen ik er nog steeds op.'

De kracht van een goede deflectie is dat de goalie er niets mee kan. Een slapshot of een break-away is te stoppen, maar alleen geluk kan een deflectie uit het net houden. 'Soms kun je nog reageren', zegt Brodeur. 'Maar meestal is het afwachten waar de puck eindigt.'