22 januari 202317:32
Door Joep Meijsen
Jay de Ruiter kroonde zich zondagmiddag tot Haagse bekerheld door de winnende goal te scoren in de finale tegen Heerenveen. De loeispannende wedstrijd werd uiteindelijk pas in overtime beslist.
De finalewedstrijd tussen Den Haag en Unis Flyers in een volgepakte Uithof ontwikkelde zich gaandeweg tot een thriller met uiteindelijk een voor de thuisclub geweldige ontknoping. In de extra speeltijd kreeg Flyers de eerste enorme kans. Daarna golfde het spel heen en weer tot Henri Ruotsalainen tegen een straf opliep. Met een man meer op het ijs was het Jeffrey Melissant die op het juiste moment de pass verzorgde. De Ruiter nam de puck aan, schaatste nog iets op en haalde daarna dodelijk uit: 2-1.
Voor de camera's van de NOS ontspon zich een finalewaardig duel dat weliswaar lange tijd doelpuntloos bleef, maar altijd bleef boeien. Het lag ook niet aan de kansen, beide ploegen verschenen met regelmaat gevaarlijk voor het doel. Maar zowel Martijn Oosterwijk als Brett Magnus toonden hun klasse met cruciale saves, waardoor de eerste twee periodes doelpuntloos bleven. De finale liet vooral zien dat Den Haag en Heerenveen zeer aan elkaar gewaagd zijn.
Flyers had in delen van de wedstrijd, onder meer door de eerste drie powerplays, meer puckbezit en meer druk op het doel. De aanvallers van de Friese formatie slaagden er echter niet in om de Haagse defensie te passeren. Tegelijkertijd was Hijs in de transitie een aantal keer enorm gevaarlijk. Op twee powerplays kon de ploeg van Chris Eimers geen potten breken.
Het publiek moest tot in de derde periode wachten op doelpunten. Die vielen, zoals zo vaak in dit soort wedstrijden, kort na elkaar. Bij de vierde powerplay voor Heerenveen, met Ernesto Klem op de strafbank voor een crosscheck, was het twaalf minuten voor tijd raak. Mike Collard gaf de assist en via de schaats van Jasper Nordemann verdween de puck in het Haagse net, 0-1 voor Flyers.
Heerenveen kreeg kort daarna een gouden kans op de 0-2, maar Magnus was opnieuw een sta-in-de-weg. Justin Evers snelde daarna langs de flank het vijandige verdedigingsvak in en legde de puck precies op tijd terug op Bjorn Borgman die met een droge knal Martijn Oosterwijk wist te kloppen. Nog geen twee minuten na de openingsgoal was de stand weer in evenwicht.
Uiteindelijk was er dus overtime nodig. Een fase van de wedstrijd die gelijk opging, waarbij de gedachte aan penaltyshots ongetwijfeld bij beide teams speelde. Uiteindelijk was er echter de straf, de powerplay van vier tegen drie en de winnende goal.