Olympische droom Oranje start

Vier jaar is een lange periode in het Nederlandse ijshockey. In het Poolse Nowy Targ deed het Oranje van bondscoach Theo van Gerwen toen een vorige poging om de volgende ronde van de kwalificatie te halen. Nederland won toen ruim van Kroatië en zonder al te veel problemen van Litouwen, maar struikelde over het gastland Polen.

Van de selectie van toen is nog maar een handjevol spelers wederom present. Doelman Phil Groeneveld, verdediger Bjorn Willemse en aanvaller Marcel Kars maken nu de trip naar Narva in Estland. Oranje had vier jaar geleden een bijzondere voorbereiding achter de rug, inclusief veel trainingen in eigen land, maar liefst acht oefenwedstrijden in Duitsland en Finland en zelfs een compleet trainingskamp in Finland. Internationals werden er zelfs voor uit de competitie gehouden.

Het lijkt een eeuwigheid geleden. De uiteindelijke nederlaag tegen Polen, 5-0, was zonder meer geflatteerd, maar wel overtuigend. De uitgebreide voorbereiding wierp later in het seizoen wel vruchten af, toen een prima WK in Eindhoven werd gespeeld. Onder de oude/nieuwe bondscoach Doug Mason werd de derde plek bereikt, waarbij er zelfs meer in had gezeten.

Van die uitgebreide voorbereiding is nu geenszins sprake. Slechts enkele trainingen waren bondscoach Tom Hartogs gegeven. Net als vier jaar geleden zijn er drie tegenstanders, waaronder één absolute favoriet. Dit jaar is dat Kazakstan, dat bij de laatste Olympische Spelen nog deelnemer was. Nederland trof afgelopen april nog op Kazakstan. Tijdens het WK in Oostenrijk werd het 6-3 voor de Aziaten.

Het was de vijfde ontmoeting in de afgelopen jaren tussen de beide teams en Oranje wist geen enkele keer te winnen. Bij de laatste ontmoeting tussen de beide teams trof Jamie Schaafsma twee keer voor Nederland en bracht ook nog een assist op zijn naam, waardoor het halverwege de wedstrijd nog maar 2-3 was. Een empty-netter zorgde er vlak voor tijd voor dat de wedstrijd definitief buiten het bereik van Nederland kwam.

Nederland treft Kazakstan in de laatste wedstrijd, zondagmiddag om 16.00 uur. De eerste opponent van Nederland is donderdagavond om 20.00 uur Estland. Het gastland degradeerde afgelopen jaar uit Division I. IJshockey wordt in het Baltische land vooral gespeeld door voormalige Russen die na de zelfstandigheid van Estland zijn blijven hangen. Dit zorgt voor traditionele tegenstellingen binnen de nationale selectie.

Nederland trof de afgelopen jaren regelmatig op Estland. De laatste keer was op het WK van 2007 in Qiqihar in China. Oranje won toen in overtime dankzij een treffer van Matt Korthuis, die wel bij de voorselectie zat, maar niet mee is afgereisd naar Narva. De laatste ontmoeting op Ests grondgebied, tijdens het WK in 2006, werd echter een 2-7 afstraffing in de laatste wedstrijd van Nederland in het toernooi. De wedstrijd viel toen vooral op door een vechtpartij waarbij onder meer Kevin Hoogsteen en Casey van Schagen betrokken waren.

De Oranje-tegenstander op vrijdag is Spanje. Natuurlijk verre van een grootmacht in het Nederlandse ijshockey, al troffen de nationale ploegen elkaar in een inmiddels grijs verleden af en toe. Nederland speelde zelfs begin jaren tachtig ooit een kampioenschap op de Canarische Eilanden. Spanje kwalificeerde zich via een eerdere kwalificatieronde voor dit toernooi in Narva. Onder normale omstandigheden zou dit een te kloppen tegenstander moeten zijn voor Nederland.

Als de openingswedstrijd tegen Estland goed verloopt en Spanje inderdaad wordt verslagen, dan komt het opnieuw neer op het resultaat in de slotwedstrijd tegen Kazakstan. In zo'n winner takes all-ontmoeting kan alles gebeuren. Maar zelfs dan zijn de Olympische Spelen in Vancouver nog ver weg. Het winnen van dit Olympisch Kwalificatietoernooi betekent louter plaatsing voor de volgende ronde.