3 oktober 202022:08
Door Joep Meijsen
IJshockey Nederland kiest in overleg met clubs voor een nieuwe opzet van de Ere- en Eerste Divisie. Aanleiding is het feit dat de Nederlandse clubs in de Beneliga (BNL) hebben besloten daar dit jaar niet aan mee te doen.
Er komt een Eredivisie met de eerste teams uit de huidige Eerste Divisie: Amsterdam, Breda, Den Bosch, Dordrecht, Eindhoven, Groningen, Leeuwarden en Utrecht. Daarnaast wordt de nieuwe Dutch Ice Hockey League gevormd, waarin de tweede teams van BNL-clubs en Tilburg uitkomen: Den Haag, Geleen, Heerenveen, Nijmegen, Tilburg en Zoetermeer. Deze clubs mogen als er genoeg spelers zijn ook meerdere teams inschrijven. De organisaties die verantwoordelijk zijn voor de Beneligaclubs gaan in pauzestand en zijn hier niet bij betrokken. Aan de hand van het aantal inschrijvingen wordt vervolgens de speelmodus bepaald.
In de nieuwe Dutch Ice Hockey League mogen onbeperkt spelers worden opgesteld die normaal BNL zouden spelen. Spelers uit de BNL krijgen de mogelijkheid om op individuele basis te wisselen naar een club uit een van de twee nieuwe competities. Bijvoorbeeld als ze nu buiten hun eigen woonplaats actief zijn. Bij de inschrijving van meerdere teams is het niet toegestaan spelers te wisselen tussen de teams.
Voorzitter Jan Hopstaken van IJshockey Nederland legt uit dat het besluit van de Nederlandse clubs om niet collectief deel te nemen aan de BNL ten grondslag ligt aan de bijzondere beslissing om vlak voor de start van de competities de structuur aan te passen. ‘Als bond respecteren wij het besluit van de BNL-clubs om niet collectief mee te doen aan die competitie. Tegelijkertijd zijn wij van mening dat zo veel mogelijk ijshockeyers moeten kunnen spelen. Samen met de clubs hebben we naar een goede oplossing gezocht.’
Hopstaken vertelt dat daarbij een aantal overwegingen een rol hebben gespeeld in de beslissing. ‘Het belangrijkste is spelers de kans bieden om te spelen. Dat is de basis van onze sport en van ons als sportbond. Spelers moeten zich kunnen blijven ontwikkelen en behouden blijven voor de sport als de BNL op een later tijdstip weer gaat beginnen. Dat is ook een verantwoordelijkheid die we hebben richting onze Belgische collega’s.’
Tegelijkertijd is er ook de verantwoordelijkheid om de Eerste Divisie niet te veel te verstoren. Hopstaken: ‘Afgelopen jaar is hard gewerkt aan een breed geaccepteerd meerjarenplan om de Eerste Divisie verder te ontwikkelen. Het zou jammer zijn om die goede samenwerking en die gewenste ontwikkeling in de weg te zitten. De instroom van te veel spelers uit de BNL kan tot te grote niveauverschillen leiden, wat de aantrekkelijkheid, spanning en spelplezier niet ten goede komt.’
Derhalve is de oplossing uit de bus gerold om de huidige opzet met twee regionale poules in de Eerste Divisie en een splitsing in een Eredivisie en Eerste Divisie na een enkele speelronde aan te passen. Hopstaken: ‘We realiseren ons dat deze oplossing niet ideaal is. Maar we hebben dan ook te maken met heel bijzondere omstandigheden. Door het voor dit seizoen bouwen van een Eredivisie en de Dutch Ice Hockey League hebben we een oplossing gevonden die zo veel mogelijk spelers in staat stelt om ondanks alles dit seizoen toch te spelen.’