25 april 202008:01
Door Joep Meijsen
Voorzitter Jan Hopstaken van IJshockey Nederland gaat onder meer in op de gevolgen van de coronacrisis voor het Nederlandse ijshockey, het perspectief voor volgend seizoen en de manier waarop covid-19 hem en zijn gezin persoonlijk heeft getroffen.
Begin februari had ik me voorgenomen een stuk te schrijven over mijn eerste halfjaar als voorzitter van 23 oktober tot 23 april. Het moest een terug- en vooruitblik zijn. Moet ik het stuk voor of na het mannen WK schrijven, vroeg ik me af. Na het mannen WK zou alles van het afgelopen seizoen bekend zijn. Voor het WK zou ik me nog kunnen afvragen hoe het WK zou verlopen. Altijd leuk, in de glazen bol kijken. Maar ‘de werkelijkheid voorspellen is lastig, zeker wanneer het de toekomst betreft.’ Dat bleek een paar weken later. We moesten het ijshockey stilleggen en alle WK’s gingen niet door.
Mijn werkelijkheid veranderde nog meer toen mijn oudste dochter, die verpleegkundige is in het ziekenhuis, werd besmet met het Corona-virus. Zij woont al 5 jaar op zich zelf. Maar als ze dagelijkse zorg en ondersteuning nodig heeft, nemen we haar in huis. Mijn vrouw en ik twijfelden geen moment. Thuis beter worden (na een korte ziekenhuisopname). Dat betekende wel dat we met het hele gezin van 5 personen en het vriendje van mijn tweede dochter in thuisquarantaine moesten. Het is nu bijna 4 weken later. Mijn verpleegkundige dochter werkt al weer 2 weken in het ziekenhuis. De rest is om de beurt ziek geworden, behalve mijn 18 jarige zoon.
Ik ben zelden ziek. Eén keer een week. In 1980, tijdens de kroning van Beatrix. Ik kreeg als 15 jarige de waterpokken. Daar was ik een week goed ziek van. Ik ben dus niks gewend. De afgelopen maand heb ik ervaren hoe beroerd het is om ziek te zijn. Gelukkig niet levensbedreigend, maar wel zo erg dat elke fysieke en mentale inspanning te veel was. Ik merkte ook, dat als je ziek bent, al het andere er niet toe doet. Ik kon me nergens op concentreren. Niks was interessant. Ik kwam tot niks en deed niks. De sfeer is gelukkig wel goed gebleven in het gezin. Dat is dan toch het voordeel van grote kinderen en een lieve vrouw. Die snappen wat er aan de hand is en die kun je aanspreken of om steun vragen. Wat ook enorm hielp was de steun van buren en bekenden. Zij namen de zorg voor onze hond over, deden boodschappen, organiseerde de vakantie-quarantaine-quiz of waren gewoon attent en medelevend. Hartverwarmend.
Ik kijk enthousiast terug op een druk en erg leuk eerste halfjaar. Natuurlijk kan het op onderdelen nog veel beter. Natuurlijk hebben we fouten gemaakt en natuurlijk hebben we af en toe mensen moeten teleurstellen. Soms moeten we helaas vervelende beslissingen nemen. Maar het positieve gevoel overheerst. Bij de verkiezing tot voorzitter heb ik vooral benadrukt dat we samen verantwoordelijk zijn voor het succes en falen en de vooruitgang van onze sport. Dat we niet naar elkaar moeten wijzen en elkaar niet moeten tegenwerken. Dat we samen de boel vooruit moeten brengen. Ik kijk met trots terug op een aantal zaken die we samen goed hebben opgepakt. Bij voorbeeld het intensieve contact met ons scheidsrechterskorps. Of het instellen van een technische commissie met mensen die echt verstand hebben van het spelletje. Natuurlijk het geweldige WK voor de U-18 meiden in Eindhoven. De fijne samenwerking met het KPN Sportfonds als sponsor voor ons vrouwenteam. De gedrevenheid van en de samenwerking met het hele vrouwenteam. De meer gestructureerde manier waarop we onze sponsor-/marketingactiviteiten inrichten. De grote structurele bezuiniging die we in 2019 hebben gerealiseerd. De serieuze en warme contacten met de clubs. Het samen met de clubs nadenken over een toekomstige opzet van de verschillende competities. De aandacht voor de ontwikkeling van onze jeugd en de coaches. De gouden inzet van ongelooflijk veel vrijwilligers. De positieve samenwerking binnen het nieuwe bestuur en met het bureau. Daar kijk ik met heel veel plezier op terug.
Zoals ik hiervoor al aangaf is met zekerheid voorspellen altijd moeilijk en zeker nu. Afgelopen dinsdag hebben we te horen gekregen dat er voorlopig nog niemand kan gaan ijshockeyen. Wanneer dat wel mogelijk is, weten we nu nog niet. We hopen echter in de derde week van september de competities te kunnen starten en dat een aantal weken daarvoor de trainingen hervat kunnen worden.
NOCNSF voorziet een financieel tekort in de eerste maanden van deze crisis voor de Nederlandse Sport van ca. €950 mln. Wij voorzien ook financiële problemen en we zijn geen sport of bond met grote financiële reserves. Daarom hebben we hierover veel contact met de IIHF, het NOCNSF en onderzoeken we of we gebruik kunnen maken van de steunmaatregelen van de overheid. Voor de clubs voorzien we mogelijke financiële problemen omdat sponsors zich terugtrekken of omdat gezinnen de contributie niet langer kunnen betalen. Vooral de Beneleague- en eerste divisie teams zullen problemen krijgen als ze bij voorbeeld zonder publiek moeten gaan spelen. Ook kunnen clubs problemen krijgen met de ijshal-beheerders, die bij voorbeeld wel huurbetaling eisen terwijl er geen gebruik kan worden gemaakt van ijs of nog erger dat de ijshallen moeten sluiten vanwege financiële problemen. Ook hier over hebben we contact met NOCNSF en de overkoepelende organisatie van de ijsbanen in Nederland. We merken dat er sportbonden zijn die net zo veel last hebben van de huidige situatie als wij of meer (bij voorbeeld een bond die flink heeft geïnvesteerd in een WK dat niet doorgaat en daarvoor niet wordt gecompenseerd). Andere hebben er geen last van zoals het sportvissen (ca. 400.000 leden) die altijd al een 1,5 m afstand-competitie hadden of er enorm van profiteren zoals het online-schaken.
Op dit moment werken we toch aan de voorbereidingen voor een nieuw seizoen. We zijn bezig met de planning van competities, de planning van opleidingen en we onderzoeken samen met de clubs de gezamenlijke ambitie en toekomstige inrichting van de topcompetities. Voor de Beneleague kunnen er problemen ontstaan omdat de Belgische overheid andere Corona-regels en maatregelen heeft dan de Nederlandse. Hierover hebben we nauw contact met de Belgische federatie. Hetzelfde geldt voor de Oberliga. Tot slot blijven we ons oriënteren op sponsormogelijkheden en proberen we een vraagbaak te zijn voor onze clubs.
Tot slot, blijf lekker bewegen en blijf bezig met je ijshockeyskills. Zorg dat je beweegt, ook als er niet geijshockeyd wordt. Ik zie op Youtube heel veel filmpjes over ijshockeyers die op allerlei, soms hele lollige manieren met ijshockey bezig zijn. Doe dat ook en blijf dat doen.En, ben realistisch! Verwacht geen wonderen van je zelf, van je naasten of van anderen. Voor heel veel mensen is dit een moeilijke periode. Doe je best, ben aardig, zeik niet op elkaar, maar probeer positief te zijn, probeer elkaar te helpen.
Sport in het algemeen en ijshockey in het bijzonder is best belangrijk, maar niet het allerbelangrijkste…