1. Partijen hebben het recht één of meer arbiters te wraken. De artikelen 1033 tot en met 1035 uit het boek van Burgerlijke Rechtsvordering zijn hierop van toepassing.
2. De wraking dient te geschieden door middel van een aan het secretariaat van het college van arbiters gerichte aangetekende brief, waarin gemotiveerd wordt aangegeven welke arbiter wordt gewraakt.
3. Wraking kan geschieden uiterlijk 14 dagen nadat door de secretaris de samenstelling van de arbitragecommissie aan partijen schriftelijk is meegedeeld of in geval van een spoedgeschil alleen onmiddellijk na de opening van de mondelinge behandeling. Overschrijding van deze termijn leidt tot niet-ontvankelijkheid van de wrakende partij in haar beroep op wraking.
4. Met inachtneming van het vorenstaande zijn op de wraking de regels van artikel 1033 tot en met 1035 Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering van overeenkomstige toepassing.
Laatst gewijzigd op 13 december 2022 om 15:48
→ Artikel 5: Indeling arbiters, secretariaat
→ Artikel 6: De algemeen voorzitter
→ Artikel 7: Arbitragecommissies
→ Artikel 9: Rechtspraak naar billijkheid
→ Artikel 10: Het aanhangig maken van een geschil
→ Artikel 13: Comparitie en getuigenverhoor
→ Artikel 14: Getuigen en deskundigen
→ Artikel 18: Veroordeling in de kosten